Van pionieren naar professionaliseren

Sinds Franko in 2018 wethouder werd en betrokken raakte bij RNOB, heeft hij RNOB als organisatie en de regionale samenwerking sterk zien groeien. “In het begin was alles relatief nieuw. We ontdekten wat we samen konden bereiken en ook wat dat concreet oplevert voor de regio. Inmiddels is er veel meer inzicht, structuur en focus.”

Die groei bracht ook uitdagingen met zich mee. “Er komt steeds meer op ons bord, zeker nu het Rijk steeds vaker taken en geld teruglegt bij de regio. Dat is mooi, maar het vraagt ook capaciteit. Dan is het belangrijk om de kalmte en overzicht te bewaren, en de juiste stappen te blijven zetten.” Binnen RNOB wordt daarom momenteel gewerkt aan verdere professionalisering. “We kijken hoe we de RNOB-organisatie beter kunnen organiseren. Hoe zorgen we dat we efficiënter kunnen werken? Hoe verminderen we de vergaderdruk? Het zijn eigenlijk groeistuipen — de resultaten van ons eigen succes — die we nu in goede banen gaan leiden”, zegt Franko met een glimlach.

Samen sta je sterker 

Franko is al acht jaar actief binnen RNOB en weet uit ervaring hoe belangrijk regionale samenwerking is. “Er zijn veel thema’s die gemeentegrenzen overstijgen. Als individuele gemeente heb je vaak te weinig positie om daar iets mee te doen. Sámen ben je wél een volwaardige gesprekspartner voor het Rijk en de provincie op grote thema’s.”

Die samenwerking levert hem telkens weer voldoening op. “Het is prachtig om te zien dat we als regio stappen zetten en echt iets binnenhalen — zoals middelen, capaciteit en draagvlak om de goede dingen te doen voor onze inwoners. Denk bijvoorbeeld aan de twee Regio Deals en de Regionale Woondeal. Ook werken we momenteel samen aan een regionale zienswijze op de Ontwerp Nota Ruimte van het Rijk. We boeken samen mooie resultaten.”

Koppeling woonagenda met andere opgaven

Een van de belangrijkste dossiers van Franko’s regionale portefeuille is wonen. Binnen de regionale woonagenda, ook wel bekend als de Regionale Woondeal Noordoost-Brabant, werken gemeenten, provincie, woningcorporaties en het Rijk samen aan een toekomstbestendige woningmarkt. De woondeal uit 2023 bevatte 43 afspraken om de woningbouw te versnellen en om de juiste woning op de juiste plek te realiseren. Dit jaar krijgt de woondeal een update. “Het aantal woningen dat nodig is om aan de woningbehoefte te voldoen sinds 2023 is veranderd en we willen de kwalitatieve afspraken uit de woondeal herijken. Daarom moesten we de aantallen actualiseren, keuzes maken en focus aanbrengen”, licht Franko toe. 

“We hebben de afspraken nu teruggebracht tot 12 SMART geformuleerde afspraken. Dat maakt de woondeal concreter, beter te monitoren en makkelijker uitvoerbaar.” De vier thema’s waarop nu wordt gestuurd zijn versnelling, monitoring, aandachtsgroepen en betaalbaarheid. “Die focus helpt om bestuurlijk meer richting te geven en sneller resultaten te boeken.”

BOUW

De uitvoering van de Regionale Woondeal ligt bij een gezamenlijke governancestructuur buiten RNOB. Hierin werken de provincie Noord-Brabant, en11 gemeenten en 11 woningcorporaties uit Noordoost-Brabant samen. Bij het Bestuurlijk Overleg Uitvoering Woondeal (BOUW) komen alle wethouders (wonen), woningcorporaties, het Rijk en de provincie bij elkaar om inhoudelijke verbinding te leggen. “Op de RNOB Regiodagen zorgen we vooral voor de integrale blik: daar koppelen we wonen aan andere thema’s, zoals mobiliteit, ruimte, economie en duurzaamheid. RNOB vervult dus hierin een belangrijke verbindende rol en bestuurlijk platform. Zo houden we alles wat we doen met elkaar in balans.”

Regionale instrumenten voor lokaal gebruik

“Door de woonopgaven regionaal aan te pakken, kunnen we meer bereiken dan wanneer elke gemeente het afzonderlijk doet”, vervolgt Franko. “Daarom ontwikkelen we steeds meer concrete instrumenten op regionaal niveau. Een voorbeeld is een regionale urgentieregeling, zodat woningzoekenden in de hele regio op gelijke wijze worden behandeld. Ook hebben we samen een woonzorganalyse uitgevoerd – veel efficiënter dan wanneer elke gemeente dat afzonderlijk zou doen.” 

Hij legt uit: “Met een dergelijke analyse brengen we in beeld wat de toekomstige woningbehoefte is van aandachtsgroepen in onze regio zoals ouderen, arbeidsmigranten en mensen met een zorgvraag. Zo kunnen we passende huisvesting gaan bieden. Zowel nu als in de toekomst. Daarnaast hebben we een regionaal monitoringssysteem. Daardoor krijgen we beter inzicht in waar, wanneer en in welk segment – betaalbaar, sociaal of duurder – woningen worden gebouwd. Ook willen we als regio inzetten op lokale versnellingstafels omdat die gemeenten kunnen helpen bij het versneld realiseren van woningbouwprojecten. Gemeenten die dit niet hebben, kunnen we ondersteunen bij het opzetten daarvan. Dat is precies de kracht van regionale samenwerking: kennis en kunde delen, elkaar helpen en vooral tempo maken.”

De uitvoering van de geactualiseerde woondeal wordt mede mogelijk gemaakt door middelen uit de nieuwe Regio Deal ’t Goeie leven. “Dat geld kunnen we gebruiken om de uitvoering van de afspraken uit de update te versnellen”, vertelt Franko. “Bijvoorbeeld door het inhuren van mensen, het organiseren van versnellingstafels en het doen van onderzoek. Zonder die middelen zou dat allemaal veel langer duren.”

Tastbare winst

Regionale samenwerking vraagt soms moed, maar het betaalt zich altijd terug — in resultaten, in vertrouwen en in een sterkere regio. “Als je middelen van het Rijk weet binnen te halen, zoals wij hebben gedaan met twee Regio Deals, kun je extra capaciteit inzetten en projecten versnellen.” Franko roept bestuurders op om die boodschap ook goed uit te leggen aan hun raden. “Zij gaan over het geld voor RNOB, dus neem ze mee. Laat zien wat regionale samenwerking oplevert, stut het met concrete voorbeelden uit je eigen gemeente of zaken waar ook inwoners in een buurgemeente profijt van hebben. Inwoners merken het bijvoorbeeld als bepaalde procedures korter worden of als er woningen bijkomen. Dát is de tastbare winst van samenwerking.”

Durf te investeren 

De afgelopen jaren heeft RNOB zich ontwikkeld tot een stevige samenwerkingsorganisatie die zichtbare resultaten boekt voor de regio, vindt Franko. “We zijn soms kritisch op onszelf, maar eigenlijk bouwen we netjes door en doen we het goed als regionale samenwerking. We werken keihard, mopperen over de drukte, maar zetten intussen wel samen de schouders eronder.”

Met de gemeenteraadsverkiezingen van 2026 in aantocht heeft Franko een duidelijke boodschap aan zijn nieuwe collega-bestuurders: “Durf te investeren in de regio!” Hij kijkt met enthousiasme vooruit. “Ik stel mezelf graag weer kandidaat als wethouder voor de gemeente Maashorst en als regionale bestuurder voor de periode na maart 2026. Want ik geloof dat we samen nog veel meer kunnen bereiken.”